Het podium was gevuld met experts uit verschillende sectoren, elk met hun eigen inzichten en bezorgdheden. Hoogleraar Els Stronks, van de Universiteit Utrecht, benadrukte het belang van lezen, maar wees op de diverse benaderingen van deze essentiële vaardigheid. "We moeten niet alleen focussen op leesvaardigheid, maar ook op leesgedrag," betoogde ze.
Thijs Roovers, bestuurder bij de Algemene Onderwijsbond, deelde zijn bezorgdheid over de afname van het lezen in het onderwijs. "Het draait te veel om technische vaardigheden en te weinig om het plezier en de rijkdom van verhalen," merkte hij op. Dit sentiment werd ondersteund door onderzoek van KVB Boekwerk, dat een stijging van het leesgedrag signaleerde, vooral onder jongeren, maar ook benadrukte dat er nog veel werk aan de winkel is.
Een ander belangrijk aspect dat naar voren werd gebracht was het belang van de kwaliteit van docenten in relatie tot het lerarentekort. "Met zoveel aanbieders van opleidingen weten we soms niet eens wat collega's leren," merkte Thijs op. Dit gebrek aan consistentie en standaardisatie in de opleiding van docenten kan een negatieve invloed hebben op de kwaliteit van het onderwijs. "Het is goed om daarom ook na te denken over een rijksopleiding voor docenten, als een manier om de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen".
De discussie verplaatste zich naar de rol van de politiek in het onderwijs. Claire Martens, woordvoerder mbo, hbo, wo, cultuur en media namens de VVD, legde de nadruk op de invloed van beleidsbeslissingen op het leesonderwijs. Ze betoogde dat het onderwijs moet evolueren en zich aanpassen aan veranderende tijden.
Eveline Aendekerk, directeur-bestuurder van Stichting CPNB, voegde eraan toe dat lezen niet beperkt moet blijven tot schoolse contexten. "We moeten de magie van het lezen overbrengen buiten de schoolmuren; jongeren associëren lezen nu alleen met school," benadrukte ze. Ze verwees ook naar diverse onderzoeken die de voordelen van lezen onderstrepen. "Er zijn veel onderzoeken gedaan naar de effecten van regelmatig lezen. Het maakt je niet alleen gezonder, maar bevordert ook empathie en vermindert vooroordelen. Dit draagt bij aan een breder zelfbeeld en stelt mensen in staat informatie in een ruimere context te plaatsen," voegde ze toe, onderstrepend dat lezen bijdraagt aan persoonlijke groei en geluk. "Uit onderzoek blijkt dat mensen gelukkiger worden van lezen," concludeerde Aendekerk, met de nadruk op de positieve impact van lezen op het welzijn van individuen.
De avond werd afgesloten met de vraag aan de panelleden wat zij graag mee wilde geven of meenamen uit dit gesprek. Thijs pleitte voor een gezamenlijke inspanning om het tij te keren. "Het is tijd voor een deltaplan voor lezen," verklaarde hij. "Met de juiste middelen en betrokkenheid kunnen we het leesonderwijs verbeteren en ervoor zorgen dat elke leerling de kans krijgt om te genieten van de wereld van boeken," vervolgde Thijs, terwijl hij de recente toewijzing van 8,5 miljard NPO-gelden aan het onderwijs aanhaalde. "Hoewel deze financiële injectie een aanzienlijk bedrag vertegenwoordigde, was het onderwijs niet per se enthousiast over een eenmalige investering," voegde hij eraan toe. "Deze gelden waren bedoeld als een reactie op de uitdagingen veroorzaakt door de coronacrisis en waren niet structureel van aard, waardoor veel onderwijsinstellingen zich geconfronteerd zagen met beperkte mogelijkheden voor lange termijn planning." Thijs benadrukte het belang van duurzame oplossingen die het leesonderwijs op de lange termijn kunnen verbeteren en de liefde voor lezen bij alle leerlingen kunnen bevorderen.
Het gesprek eindigde met een hoopvolle noot, waarbij de panelleden erkenden dat lezen een essentieel onderdeel blijft van onze menselijke ervaring. "Lezen voorziet al eeuwenlang in de behoeften van mensen," merkte Els op. "Het zal altijd een bron van kennis, verbeelding en verbinding blijven."
Samenvatting uit het gesprek:
Leesvaardigheid wordt vergroot wanneer ingezet wordt op:
2. Kwaliteit van onderwijs: Door het anders inzetten van de beschikbare middelen en meer tijd te maken voor lezen in scholen. Dit vraagt niet alleen om andere financiële investeringen, maar ook het zorgen voor bevoegde leraren en het ontwikkelen van een deltaplan voor lezen.
3. Onderlinge samenwerking versterken: Een gezamenlijke inspanning van alle betrokken partijen, waaronder beleidsmakers, onderwijsinstellingen, ouders en de gemeenschap, om het leesonderwijs te verbeteren en ervoor te zorgen dat alle leerlingen toegang hebben tot kwaliteitsvol leesonderwijs.
4. Herziening van leesmethoden: Door een herziening van de leesmethoden in het onderwijs, waarbij de nadruk wordt gelegd op het bevorderen van leesplezier en het begrip van teksten, in plaats van alleen op technische leesvaardigheid. Dit omvat het herzien van bestaande lesmethoden en het implementeren van benaderingen die het lezen als een plezierige en waardevolle activiteit bevorderen, zowel binnen als buiten het klaslokaal.